Voedselbank

10-09-2013 11:17

In het kader van de kerstgedachte had Huibs werkgever bedacht dat het maatschappelijk verantwoord was om een inzamelingsactie te organiseren voor de Voedselbank. Iedere werknemer werd ruim van te voren per email geïnformeerd over de actie. Verzoek aan iedereen was enkele voedingswaren in te leveren zodat ook de mensen die het heel hard nodig hadden fatsoenlijk te eten zouden krijgen tijdens de Kerst. Een mooie gedachte vond ook Huib. Uiterlijke inleveringsdatum was maandag voor 8 uur.

Zondagavondlaat vertelde Huib aan Linda over de geweldige actie. Linda was zelf zeer begaan met het leed in de wereld. Zo had zij al eens op vrijwillige basis een half jaar gewerkt in Ethiopië. Linda was ontroerd door het mooie idee van Huibs werkgever en kreeg tegelijkertijd een woedeaanval omdat Huib zoals altijd op het allerlaatste moment met het idee op de proppen kwam. Het was 11 uur ’s avonds en alle supermarkten waren al gesloten. Na een korte scheldkanonnade probeerde Linda haar ratio te herpakken en bedacht ze koortsachtig hoe het probleem opgelost kon worden.

Linda: “Ik schaam me weer zo diep voor je Huib. Wat ben je toch een pannenkoek af en toe!”

Huib: “Nou Lin!..hihihi..Pannenkoeken zijn nog niet zo’n gek idee. Je zou..”

Linda: “Houd je kop! Ik zou jou wel in hapklare brokjes willen snijden. Maar dat kan ik die arme mensen niet aandoen!”

Met gebogen hoofd droop Huib af. Hij had het weer eens helemaal verkeerd gedaan. Het speet hem dat hij Linda op het laatste moment toch weer op de hoogte had gesteld. Als hij nou gewoon zijn mond gehouden had, was zij er waarschijnlijk nooit achter gekomen. Hoewel…Linda was altijd erg op haar qui-vive. Het was niet uit te sluiten dat ze er via een omweg toch achter gekomen was. Ondertussen liep Linda driftig richting de voorraadkast. Ze pakte een netje uien, een pak koffie, koffiefilters, een pakje theebuiltjes, een pak rijst, een pak meel, een fles stroop en een pak suiker. Huib keek ook even mee met Linda. Hij pakte een opengebroken pak stroopwafels. Linda griste deze woedend uit zijn handen.

Linda: “Huib, de datum is al een half jaar verlopen!”

Huib: “Maar dat merken die mensen toch niet, Lin! Ik bedoel dat eten in die afvalbakken zal toch ook niet altijd even vers zijn?”

Linda: “Huib van Driel! Ken je echt geen schaamte? Gooi die koeken weg!”

Huib: “Nou hoor! Ik probeer alleen maar mee te denken. En die mensen merken het echt niet. Die hebben een sterkere maag dan wij en trouwe…”

Linda: “Houd je bek, Huib! Ga alsjeblieft even naar boven of zo! Hoepel in ieder geval op!”

Huib: “M- Maar…”

Linda: “Uit mijn ogen!”

Huib trok zijn jas aan en liep vol van verontwaardiging hoofdschuddend naar buiten. Linda pakte nog een pak appelsap uit de voorraadkast en plaatste het setje in een doos. Ze haalde opgelucht adem en moest stiekem een beetje grinniken om Huib. Hij was toch wel haar lekkere poepie. Soms kreeg ze alleen de kriebels van zijn egoïstische gedrag maar over het algemeen was goed met hem te leven en kon ze met hem lachen, praten en ook huilen. Daarbij kwam dat de liedjes van André Hazes hen ook nog eens bond.

De volgende ochtend liep Huib met het ingepakte doosje naar de auto, startte de motor en reed naar zijn werk. Huib was extra vroeg want om 8 uur ’s morgens zouden de spullen worden opgehaald. Huib pakte de koffie, de koffiefilters, de theebuiltjes, de rijst, het meel, de stroop, het appelsap, de uien en de suiker uit het doosje. Nieuwsgierig keek hij wat zijn collega’s al in de kratjes hadden geplaatst. Nee, zag hij dat nu goed? Stond er een magnum “Legras et Haas” tussen de proviand? Wat zonde, vond Huib. Die mensen proefden dat toch niet. Bovendien paste het niet echt bij de kale rijst.

Huib begon te trillen. De adrenaline stroomde door zijn lijf. Vlug keek Huib om zich heen en pakte de fles champagne uit het krat. Als een dief in de nacht sloop hij met de magnum onder zijn jas het pand weer uit richting zijn auto. Hij was als de dood om betrapt te worden. Haastig wikkelde hij de fles in een deken en legde hem vliegensvlug in de kofferbak. Door de haast ketste de bodem van de fles tegen de onderkant van de kofferbak. Huib kreeg bijna een hartstilstand van het geluid van de fles tegen de metalen rand. Gelukkig was de fles van dik glas en kon hij wel een stootje hebben. Huib trilde van de spanning. Eigenlijk voelde het niet helemaal goed.

De rest van de dag bleef Huib gespannen. Zijn chef was er achter gekomen dat de magnum was verdwenen uit de voorraad. Hij was des duivels om zulk schofterig gedrag. Een boze email werd de organisatie ingestuurd:

“Beste collega’s,

Tot mijn grote spijt heb ik moeten constateren dat een magnum champagne uit de voorraad die bestemd was voor de voedselbank verdwenen is. Welke schaamteloze vlegel haalt het in zijn bolle hoofd iets uit de voorraad te stelen in plaats van eraan toe te voegen? Is dan helemaal niets meer heilig in deze wereld? En denk eens aan die arme mensen die nu nog minder krijgen omdat één van u zo egoïstisch is enkel aan zichzelf te denken. Ik hoop dat u het fatsoen kunt opbrengen de magnum weer terug te brengen. Mocht u niet over een dergelijk vermogen beschikken dan hoop ik van harte dat u er een aantal nachten heel slecht van zult slapen!

Gerard Klooster”

De chef kwam er niet achter dat Huib de fles had ontvreemd. Huib haalde opgelucht adem toen de tijdzoemer om 17.00 uur afging. Huib wenste zijn collega’s en chef een prettig kerstfeest en liep op een drafje naar zijn auto. Thuisgekomen liet hij de magnum zien aan Linda. “Het kerstgeschenk van mijn werk!” jokte hij geroutineerd. Linda vond het een belachelijk kerstcadeau. Zo’n decadent geschenk paste ook helemaal niet in de Kerstsfeer. Zeker van een bedrijf dat dit jaar aandacht had besteed aan de voedselbank begreep ze het niet. Ze neigde ernaar om die Gerard Klooster maar eens te bellen en haar beklag te doen over de chique geste naar zijn personeel. Was die man niet helemaal goed bij zijn hoofd? Hoe kun je nu zoiets geven terwijl je juist stil wilt staan bij de mensen die het op dit moment zo moeilijk hebben?

Het zweet brak Huib uit: “Hè stel je niet zo aan, Lin! Bovendien is het bedrijf nu toch gesloten. Laat die man lekker met rust. Hij is ook met kerstreces met zijn gezin. Doe nou eens even gezellig!” Kraamde hij haspelend uit. Linda was het eigenlijk wel met Huib eens. Ze zou die Klooster er nog wel een keer over aanspreken als het beter schikte. De champagne was ook best lekker. Samen nipten ze van één glas.

—————

Terug